Allereerst is het belangrijk te weten of dit huis een geschil is in het kader van het huwelijksvermogensrecht. Met andere woorden vloeit de verdeling van dit huis rechtstreeks voort uit het huwelijk of de beëindiging daarvan. Als er sprake is van een gemeenschap van goederen is dat het geval: de gemeenschap eindigt immers op het moment dat het verzoekschrift tot echtscheiding wordt ingediend. De rechter die wordt gevraagd om de echtscheiding uit te spreken beslist dan ook over de verdeling van het huis.
Als er echter sprake is van een algehele uitsluiting van de gemeenschap (bv als u huwelijkse voorwaarden heeft gemaakt) en huis op gemeenschappelijke naam staat, is het niet altijd de echtscheidingsrechter die over de verdeling van het huis in het buitenland oordeelt. Dan wordt deze vraag wordt dan beoordeeld aan de hand van het EEX Verdrag: de rechter van de woonplaats van verweerder is bevoegd om over deze verdeling te oordelen. Maar is die rechter ook bevoegd te oordelen over de levering? Dat is niet het geval, dat is weer de rechter waar het onroerend goed is gelegen. Voor de vraag welk recht toepasselijk is verwijs is naar het antwoord op vraag 2.